Universitaire afgestudeerden met een migrantenachtergrond verdienen meer dan Nederlandse medestudenten
Recent onderzoek toont aan dat HBO-afgestudeerden met een niet-westerse migratieachtergrond gemiddeld hogere lonen verdienen dan hun Nederlandse tegenhangers, waardoor de kloof in de arbeidsmarktsituatie kleiner wordt. Volgens de HBO-Monitor, een langlopende enquête uitgevoerd door het ROA-onderzoeksinstituut in Limburg, is deze trend de afgelopen jaren steeds duidelijker geworden.
De HBO-Monitor ondervraagt jaarlijks jonge professionals 18 maanden na hun afstuderen aan instellingen voor hoger beroepsonderwijs (HBO) in Nederland. De laatste bevindingen, gebaseerd op antwoorden van 168.528 afgestudeerden tussen 2011 en 2023, onthullen een onverwacht loonavantage voor niet-westerse afgestudeerden.
In 2023 was het gemiddelde bruto-uurloon voor HBO-afgestudeerden met een niet-westerse migratieachtergrond 0,70 euro hoger dan voor degenen zonder migratieachtergrond. Dit cijfer is gecorrigeerd voor variabelen zoals leeftijd, geslacht en studierichting. Gedurende de gehele enquêteperiode bedroeg het loondifferentie gemiddeld 0,13 euro per uur, wat consequent in het voordeel was van afgestudeerden met niet-westerse achtergronden.
Deze trend is vooral zichtbaar sinds 2019, waarbij afgestudeerden met een migratieachtergrond gestaag meer verdienen dan hun leeftijdsgenoten. De enquête toonde ook aan dat deze afgestudeerden net zo vaak een baan op hun opleidingsniveau vinden als afgestudeerden van Nederlandse afkomst, wat duidt op vergelijkbare werkgelegenheidresultaten.
De hogere lonen blijven een raadsel voor onderzoekers. Melline Somers, een van de analisten, speculeerde dat culturele factoren een rol kunnen spelen. “Niet-westerse afgestudeerden voelen mogelijk meer druk van hun ouders om te slagen of zijn ambitieuzer vanwege de extra obstakels die ze hebben moeten overwinnen op hun weg naar werk,” zei ze.
De bevindingen sluiten aan bij bredere trends die het CBS twee maanden geleden opmerkte, waaruit blijkt dat immigranten en hun kinderen de kloof met de algemene bevolking op meerdere fronten aan het dichten zijn. Indicatoren zoals woningbezit, inkomensniveaus en opleidingsniveau vertonen allemaal duidelijke verbeteringen. Kinderen van immigranten bezoeken nu bijvoorbeeld vaker havo- of vwo-klassen dan tien jaar geleden.
Ondanks de positieve ontwikkelingen benadrukt de HBO-Monitor de aanhoudende uitdagingen. Afgestudeerden met een migratieachtergrond hebben nog steeds meer moeite om stageplaatsen te vinden en besteden vaak meer tijd aan het zoeken naar hun eerste baan. In 2014 hadden deze afgestudeerden bijna 50 dagen langer nodig dan hun Nederlandse leeftijdsgenoten om werk te vinden. In 2023 was deze kloof verminderd tot 10 dagen.
Socioloog Maarten Wolbers, die niet bij het onderzoek betrokken was, gelooft dat de bevindingen stevig zijn en suggereert een aanvullende verklaring. Veel afgestudeerden in kwestie kiezen voor een minder traditionele route naar HBO, vaak via MBO-programma’s in plaats van direct van havo over te stappen. “Hoewel deze route langer duurt, biedt het aanzienlijke praktische ervaring door stages en leerplaatsen,” zei Wolbers. “Die praktische kennis kan een voorsprong bieden bij het betreden van de arbeidsmarkt, wat mogelijk de loonavantage verklaart.”