Stijgende dollar zorgt voor afname van Nederlandse reizen naar de VS en Canada
Minder Nederlanders op vakantie naar de Verenigde Staten en Canada
Dit jaar gaan minder Nederlanders op vakantie naar de Verenigde Staten of Canada. De prijzen voor reizen naar deze twee landen zijn aanzienlijk gestegen, omdat de dollar nu veel duurder is in vergelijking met de euro. Dit leidt ertoe dat Nederlandse consumenten andere bestemmingen verkiezen.
āAmerikaanse campings hebben gemeld dat alle Zwitsers hun reizen na 9/11 hebben geannuleerd, net als de helft van de Duitsers, maar geen enkele Nederlander,ā zei Backer. āDat laat zien hoe de Nederlanders politieke situaties zien.ā De Nederlanders vragen nog steeds offertes aan voor reizen naar Amerika, maar volgens hem haken ze vaker af wanneer ze een prijsstijging van 10 tot 15 procent zien.
āAls de prijs goed is, dan gaan de Nederlanders wel,ā zegt directeur van Travel Trend, Natasja Eshuis. āMaar op dit moment kosten onze reizen een paar honderd euro meer. Als gezin kun je gemakkelijk berekenen dat het veel goedkoper is om naar IndonesiĆ« of Thailand te gaan. Daar is momenteel meer interesse in. We weten niet of dit dezelfde klanten zijn, maar we compenseren met AziĆ« wat we aan omzet in Amerika verliezen.ā
De ANVR heeft ook de afnemende interesse in reizen naar de Verenigde Staten en Canada opgemerkt. Langeafstandreizen winnen over het algemeen aan populariteit, hoewel het aandeel in totaal reizen nog steeds lager is dan voor de coronacrisis (14,2 procent versus 15,8 procent). āIndonesiĆ« en China zijn zeer langzaam uit de coronadip gekomen, maar zijn nu volledig ’terug op de rails’,ā aldus de vereniging.
ANVR-directeur Frank Radstake verwacht een ālichteā groei in het aantal boekingen over het geheel genomen voor 2025. Hij kan nog niet voorspellen of dit de gevolgen van de coronacrisis volledig zal compenseren. Aanvankelijk dacht de industrie dat er vorig jaar voor het eerst meer boekingen zouden zijn dan in 2019, maar door prijsstijgingen en andere factoren kwam de groei uit op een lager dan verwachte 4 procent.