Herstel van de Eurozone stokt door afname van de diensten, ondanks stijging in de productie
Minimale groei in de eurozone in april: Diensten stagneren, ondanks opleving in de industrie
De groei van de eurozone heeft in april nauwelijks vooruitgang geboekt, terwijl de dienstensector stagneerde, ondanks een verrassende opleving in de productie. De afnemende inflatie voedt de hoop op een renteverlaging door de Europese Centrale Bank (ECB), maar zwakke vraag en dalend vertrouwen vertroebelen de vooruitzichten.
De S&P Global inkoopmanagersindex (PMI) voor de eurozone steeg in april licht naar 50,1, een niveau dat technisch gezien groei aangeeft, maar slechts net. Deze revisie van de initiƫle 49,7 laat zien dat de economie moeite heeft om de momentum van het eerste kwartaal van het jaar vast te houden.
Het hart van deze traag verlopende groei is een kloof tussen sectoren. De productie nam toe met de snelste snelheid in meer dan twee jaar, gestimuleerd door verbeterde toeleveringsketens en een opleving van de industriƫle activiteit. In tegenstelling daarmee breidde de dienstensector, de economische motor van de eurozone, nauwelijks uit, met de Services PMI die daalde naar 50,1 van 51,0 in maart. Dit markeert de zwakste lezing sinds eind 2024 en suggereert dat de vraag in de toerisme-, horeca- en zakelijke diensten aan kracht verliest.
Dr. Cyrus de la Rubia, hoofdeconoom bij Hamburg Commercial Bank, merkte op dat het bredere plaatje somber blijft: āDe dienstensector, die een belangrijke speler is, is praktisch gestagneerd in april. Hoewel de productie een verrassende stijging liet zien, was dit niet genoeg om de algemene vertraging in de groei te voorkomen.ā
Vraag neemt af, stemming verzwakt
Achter de hoofdcijfers schetst de onderliggende data een somber beeld. Nieuwe businessorders daalden voor de elfde opeenvolgende maand, en wel met een iets snellere snelheid dan in maart. Zowel producenten van goederen als dienstverleners merkten zwakkere verkopen op, wat een voortzetting is van de trend van zachte vraag die de groei sinds medio 2023 heeft afgeremd.
Frankrijk viel weer op, maar dan om de verkeerde redenen, met een samengestelde PMI die voor de achtste maand op rij een krimp signaleert. De op ƩƩn na grootste economie van de eurozone blijft vastzitten in politieke onzekerheid en stagnatie, in tegenstelling tot de relatief betere prestaties in Spanje, Italiƫ en Duitsland.
āSpanje leidt de groep als het gaat om groei, gevolgd door ItaliĆ«, en dan Duitsland met marginale groei, terwijl Frankrijk achterblijft,ā aldus de la Rubia. āWe verwachten dat Duitsland binnenkort ItaliĆ« zal inhalen dankzij een genereus fiscaal pakket, terwijl Frankrijk voorlopig waarschijnlijk onderaan blijft.ā
De werkgelegenheid in de eurozone nam voor de tweede maand op rij toe, aangezien stijgende personeelsbehoeften in de diensten de aanhoudende dalingen in de industrie compenseerden. Echter, bedrijven lijken aarzelend om hun personeel uit te breiden, wat wijst op een diepere terughoudendheid te midden van aanhoudende economische onzekerheid.
Het vertrouwen over de toekomst heeft ook een klap gekregen. De zakelijke verwachtingen voor het komende jaar daalden naar het laagste niveau in bijna tweeënhalf jaar. Dit markeert de vierde opeenvolgende maandelijkse daling en benadrukt hoe zachte vraag en geopolitieke onzekerheid de stemming beïnvloeden.
ECB krijgt ruimte om op inflatie te reageren
Er is echter een positieve ontwikkeling voor beleidsmakers. De prijsdruk bleef in april matigen, met inflatie van inputkosten op het laagste niveau in vijf maanden en afzetprijzen die in 2025 tot nu toe het langzaamste tempo van stijging vertonen. Dit zou de zaak van de Europese Centrale Bank voor een renteverlaging in juni kunnen versterken, een stap die al door verschillende leden van de Raad van Bestuur is aangegeven.
āIn de dienstensector blijven de kostendrukken relatief hoog, hoewel ze de afgelopen maanden iets zijn afgenomen,ā aldus de la Rubia. āDe inflatie voor verkoopprijzen is gedaald en blijft dalen… Deze laatste cijfers lijken de houding van de ECB te ondersteunen.ā
Met de inflatie die afneemt en de groei die nog steeds traag is, prijzen de markten steeds meer een renteverlaging tijdens de volgende vergadering van de ECB.
Markten verliezen momentum na de rally van april
Op de aandelenmarkten gaven de aandelen in de eurozone dinsdag wat terrein prijs na een sterke periode in de afgelopen weken. De Euro STOXX 50-index daalde met 1%, terwijl de DAX in Duitsland met 0,7% daalde en de CAC 40 in Frankrijk met 0,5% lager uitkwam.
Industriƫle zwaargewichten behoorden tot de verliezers. Airbus, Siemens en BASF daalden elk met ongeveer 2%, terwijl Carrefour en UniCredit beter presteerden, beide met een stijging van 0,8%.
Nieuws over bedrijfswinsten voegde volatiliteit toe. De aandelen van Continental stegen met bijna 2% na het melden van de sterkste verkoop in vier jaar. Het bedrijf bevestigde dat het goed gepositioneerd is te midden van aanhoudende tariefonzekerheid.
De Deense windturbineproducent Vestas steeg met 4% na het terugkeren naar winst in het eerste kwartaal. Hugo Boss steeg met bijna 6% na een omzetstijging, terwijl Philips met 1% daalde na het verlagen van de outlook voor de winstmarge voor het volledige jaar. Ferrari wordt later op dinsdag verwacht met hun rapportage.