Critiek op de werkwijze van de overheid met betrekking tot terreurlijst
Amnesty International heeft verklaard dat de bevindingen van de Nationale Ombudsman over de werkwijzen rondom burgers op de terrorisme- en extremismelijst “bijzonder ernstig” zijn. Het rapport, dat op dinsdag is vrijgegeven, wijst erop dat de overheid niet genoeg doet om de rechten van mensen op de cter-registratielijst (tegenterrorisme, extremisme en radicalisering) te waarborgen.
Ombudsman Reinier van Zutphen schreef in het rapport dat het cter-systeem complex en ondoorzichtig is. Burgers zijn meestal niet op de hoogte dat ze op de terroristenlijst staan en met welke instellingen en landen hun informatie wordt gedeeld. Soms worden ze ook ten onrechte op de lijst geplaatst.
“Toezicht en rechtsbescherming moeten goed georganiseerd zijn. Vooral omdat de overheid niet volledig transparant kan zijn als het gaat om nationale veiligheid. Dit is momenteel niet het geval,” verklaarde Van Zutphen.
Amnesty maakt zich grote zorgen over de “onbeheersbare surveillance van burgers door verschillende overheidsinstanties, die meestal geen verdachten zijn.” De cter-registratie die de ombudsman heeft onderzocht, is slechts een van de voorbeelden van deze praktijk volgens de mensenrechtenorganisatie. “De overheid schaadt niet alleen de rechten van de betrokken personen met deze onbeheersbare praktijk, maar ook het prestige en de autoriteit van diezelfde overheid.”
Mensen die op zo’n lijst worden geplaatst, kunnen onverwacht in de problemen komen, bijvoorbeeld op vakantie wanneer ze niet worden toegelaten op hun bestemming of zelfs in het buitenland worden vastgehouden. De ombudsman weet niet hoeveel mensen deze situatie betreft.
Aleid Wolfsen, voorzitter van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP), stemde in met de opmerkingen van Amnesty. “De ombudsman heeft gelijk in zijn bevindingen,” zei de AP-voorzitter. “Hij wijst op een pijnlijke waarheid.” Hoewel toezicht “netjes geregeld” is op papier, is er in de praktijk weinig of geen toezicht, volgens Wolfsen. Hierdoor is het niet bekend of alles goed gaat met de cter-registraties en of er geen fouten worden gemaakt.
Mensen kunnen zich bij de AP melden als ze denken op de lijst te staan. In dat geval mag de toezichthouder de gegevens van de autoriteiten onderzoeken. Door een gebrek aan middelen is het toezicht momenteel alleen reactief en niet proactief. Dit betekent dat als er een klacht wordt ontvangen, deze wordt onderzocht, maar dat er geen periodieke controles van de cter-registraties plaatsvinden. In al die jaren heeft de AP echter slechts één klacht ontvangen van iemand die mogelijk op de terrorisme- en extremismelijst stond. De ombudsman en Wolfsen zijn het erover eens dat dit komt omdat de meeste mensen niet weten dat ze in deze gevallen naar de AP kunnen gaan.
Wolfsen weet dat de autoriteit veel actiever informatie moet verstrekken, maar het budget is niet groot genoeg om dit te doen. De ombudsman suggereert meer actief toezicht, volgens Wolfsen. De voorzitter is het hier van harte mee eens. Hij gelooft dat de toezichthouder regelmatig de cter-registraties moet controleren om te zorgen dat er geen onregelmatigheden zijn. “Dit zou ook een afschrikwekkend effect hebben,” zei Wolfsen. De politie zou zich dan bewust worden dat er toezicht plaatsvindt.