Bevolking van China daalt voor het derde jaar op rij door afname van de geboortecijfers
Bevolking van China daalt voor derde jaar op rij
In januari 2024 wandelden ouderen met kinderen in een park in Beijing, China. De bevolking van China is voor het derde achtereenvolgende jaar gedaald, terwijl een demografische crisis zich blijft aandienen boven de Oost-Aziatische supermacht.
Het Nationaal Bureau voor Statistiek (NBS) meldde op vrijdag dat de Chinese bevolking in het afgelopen jaar met 1,39 miljoen is afgenomen tot 1,408 miljard, aangezien het aantal overlijdens de geboortes blijft overtreffen.
De bevolking van China is sinds de jaren ’80 gestaag aan het afnemen, maar 2022 markeerde de eerste keer sinds 1961 dat het aantal overlijdens de geboortes overtrof. Dit gebeurde tijdens de rampzalige Grote Sprong Voorwaarts, wat leidde tot een hongersnood waarbij naar schatting 20 miljoen mensen omkwamen door honger.
Recente inspanningen van Beijing om de dalende geboortecijfers te stoppen, hebben niet geleid tot een ommekeer van deze langlopende trend. Het NBS erkende dat het land met verschillende uitdagingen wordt geconfronteerd. āWe moeten ons bewust zijn van de toenemende negatieve effecten van de externe omgeving, de binnenlandse vraag is onvoldoende, sommige bedrijven ondervinden productie- en operationele moeilijkheden, en de economie blijft nog steeds voor uitdagingen staan,ā aldus het bureau in zijn rapport.
Beijing heeft verschillende benaderingen gebruikt om de geboortecijfers te verhogen, van het labelen van alleenstaande vrouwen als āoverblijfselsā als ze ongehuwd blijven, tot het moeilijker maken om een scheiding of abortus te verkrijgen. Daarnaast worden koppels subsidies aangeboden om de stijgende kosten van kinderopvang te ondersteunen.
In 2023 stegen de huwelijken met 12,4 procent ten opzichte van het voorgaande jaar, na het einde van de COVID-19-pandemie, wat leidde tot een korte opleving van de geboortes in de eerste helft van 2024 in sommige delen van het land. Ook was vorig jaar het geluksjaar van de Draak in China, wat doorgaans leidt tot een kleine babyboom in heel Aziƫ. Deskundigen wijzen echter op de algehele dalende trend.
China beĆ«indigde formeel zijn āĆ©Ć©n-kind beleidā in 2016, dat decennialang gericht was op het beheersen van de bevolkingsgroei. Dit beleid resulteerde in een scheve bevolkingssamenstelling door een culturele voorkeur voor mannelijke kinderen.
Gezinnen mogen sinds 2021 nu drie kinderen hebben, maar de stijgende kosten van levensonderhoud in stedelijke gebieden, een vertraagde economie en een hoog percentage jeugdwerkloosheid maken het opvoeden van kinderen minder aantrekkelijk voor veel jonge Chinezen.
De economie van China groeide in 2024 met 5 procent, wat overeenkomt met de voorspellingen van de overheid, maar de groei van het bruto binnenlands product (BBP) zal naar verwachting in de komende jaren blijven afnemen.
Geconfronteerd met een demografische crisis heeft Beijing nieuwe maatregelen geĆÆmplementeerd om geleidelijk de verplichte pensioenleeftijd te verhogen van 60 naar 63 jaar voor mannen, van 55 naar 58 jaar voor vrouwen in leidinggevende en technische functies, en 55 jaar voor alle andere vrouwelijke werknemers.
China is niet het enige land in Oost-Aziƫ dat met een demografische crisis te maken heeft. Japan, Zuid-Korea en Taiwan ondervinden ook een bevolkingsafname om vergelijkbare redenen als China, waaronder immigratiebeperkingen. China, net als veel andere delen van Oost-Aziƫ, staat ook ongehuwde vrouwen geen toegang toe tot vruchtbaarheidsbehandelingen, zoals IVF.