Vredesakkoord tussen DRC en Rwanda: risico op oorlog ruilen voor uitbuiting van hulpbronnen

Vredesakkoord tussen DRC en Rwanda: risico op oorlog ruilen voor uitbuiting van hulpbronnen

OPINIE

De vredesovereenkomst tussen de Democratische Republiek Congo (DRC) en Rwanda, gefaciliteerd door de Verenigde Staten, loopt het risico om oorlog te ruilen voor de exploitatie van hulpbronnen. De overeenkomst, die op 27 juni ondertekend zal worden, lijkt een einde te maken aan decennia van gewelddadige conflicten in de Grote Meren-regio van Afrika, maar werpt ook een schaduw over de toekomst van Congo’s waardevolle mineralen.

Hoewel de onmiddellijke beëindiging van de vijandelijkheden een broodnodige adempauze biedt, komt de overeenkomst met een verontrustende ondertoon: de schaduw van hulpbronnenuitbuiting, vermomd als diplomatiek succes. Deze opkomende ‘vrede voor exploitatie’-deal is iets wat Afrikaanse landen, en vooral de DRC, nooit zouden moeten accepteren in een postkoloniale wereldorde.

Te lang is het oosten van de DRC een smeltkroes van menselijk lijden geweest. De enorme mineralenrijkdom, waaronder coltan, kobalt, lithium, koper en goud, onmisbaar voor wereldtechnologieën, dient zowel als prijs als vloek. Deze mineralenrijkdom heeft geleid tot voortdurende conflicten, met bijna drie miljoen mensen die zijn ontheemd en regelmatige uitbraken van ziekten. De M23-rebellen, die algemeen worden verondersteld door Rwanda te worden gesteund ondanks de ontkenningen van Kigali, zijn een belangrijke speler in deze cyclus van geweld. Ze verdienen aanzienlijke bedragen via onwettige belastingen en controle over mijngebieden zoals Rubaya.

De gezamenlijke verklaring van de vredesbesprekingen in Washington bevatte standaardbepalingen voor territoriale integriteit, ontwapening en de terugkeer van vluchtelingen. Maar de officiële tekst bleef opvallend stil over de mineralensector. Deze omissie zegt veel. Volgens verschillende rapporten volgde de diplomatieke inspanning van de Trump-administratie op het aanbod van Congolese president Felix Tshisekedi om directe Amerikaanse investeringen in de mineralenrijkdom van het land te vergemakkelijken. In feite suggereren goed geïnformeerde bronnen dat er parallelle maar gerelateerde onderhandelingen voor een bredere Amerikaanse DRC-mineralenovereenkomst aan de gang zijn.

LEZEN  Trump Waarschuwt Palestijnen in Gaza: ‘Als jullie gijzelaars vasthouden, zijn jullie DODEN’

Deze verwevenheid van vrede en mineralenbelangen is diep verontrustend en herinnert aan een tragisch en aanhoudend patroon in de geschiedenis van de DRC. Van de rubber- en ivooratrociteiten onder koning Leopold II van België, waarbij miljoenen onder dwangarbeid omkwamen, tot de systematische extractie van kobalt, koper en uranium onder het Belgische koloniale bewind. Het Congolese volk is zelden de begunstigde geweest van de rijkdom van hun eigen land.

Na de onafhankelijkheid leidde Mobutu Sese Seko een kleptocratisch regime dat mineralenrijkdom naar persoonlijke verrijking leidde, wat het bestuur verder verzwakte. De Congoorlogen, vaak aangeduid als “Afrika’s Wereldoorlog”, werden eveneens gedreven door de strijd om de controle over mineralenrijke gebieden, waarbij zowel regionale als internationale actoren streden voor onwettige toegang.

Dit is de essentie van de zogenaamde ‘hulpbronnenvloek’ die de DRC al lange tijd teistert: enorme natuurlijke rijkdom leidt niet tot ontwikkeling, maar tot armoede, conflict en systemische corruptie. Wanneer hulpbronnenovereenkomsten worden gesloten in de schaduw van conflict, neemt uitbuiting de vorm aan van ondoorzichtige contracten die buitenlandse bedrijven bevoordelen, belastingontwijking mogelijk maken en lokale gemeenschappen uitsluiten van eerlijke winstverdeling.

De gevolgen zijn verwoestend: gewelddadige ontheemding van mensen, milieuschade en de versterking van corrupte netwerken die nationale rijkdom afromen. De menselijke kosten zijn onmeetbaar: gemeenschappen worden verdreven, gedwongen tot onveilige mijnbouwwerkzaamheden (ook kinderen), en blootgesteld aan wijdverspreide seksuele geweldpleging die als controlemiddel wordt gebruikt.

Deze “vredesovereenkomst” loopt het risico een ander instrument van neokolonialisme te worden. Zoals de politieke filosoof Kwame Nkrumah waarschuwde, stelt neokolonialisme buitenlandse machten in staat om te domineren, niet door directe bezetting, maar via economische middelen. In deze context wordt buitenlands kapitaal niet gebruikt om te bouwen, maar om te extraheren – waardoor de kloof tussen hulpbronnenrijke Afrikaanse landen en welvarende consumptie-economieën verder verdiept.

LEZEN  Oekraïne lanceert Britse Storm Shadow-raketten op Rusland

Voor het Congolese volk moet echte vrede meer betekenen dan de beëindiging van de oorlog. Het moet het begin markeren van zelfbeschikking, waarbij de hulpbronnen van het land transparant en rechtvaardig worden beheerd ten behoeve van zijn burgers – niet als onderhandelingschips in wereldwijde machtsstrijden. De internationale gemeenschap, met name de bemiddelende machten, waaronder de VS onder minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio, draagt een diepgaande verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat elke bijbehorende economische overeenkomst onderworpen is aan strenge controles.

Ze moeten volledige transparantie, robuuste milieu- en sociale waarborgen en een stevige inzet voor eerlijke rijkdomsverdeling eisen die lokale gemeenschappen in staat stelt. Alles minder zou een tragische voortzetting van een koloniale erfenis zijn – een cynische ruil van tijdelijke rust voor duurzame plundering – waarmee de principes van gerechtigheid en soevereiniteit die een echt postkoloniale wereld moet handhaven, worden ondermijnd. Het Congolese volk verdient een vrede die zowel hun leven als hun land bevrijdt – niet een die slechts de ketens van uitbuiting herschikt.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *