Voorstellen van de Nederlandse regering voor hervormingen van freelancers lossen ongelijkheidsproblemen niet op
De Nederlandse overheid staat voor een uitdaging in het verminderen van ongelijkheid tussen freelancers en vaste medewerkers op de arbeidsmarkt. Dit blijkt uit een advies van de Raad van State aan de regering, waarin wordt gesteld dat de twee wetsvoorstellen niet effectief zullen zijn. “De aanpak van de overheid in deze twee wetsvoorstellen om de arbeidsmarkt te hervormen schiet tekort, omdat er geen fundamentele hervorming van de arbeidsmarkt plaatsvindt,” aldus de belangrijkste adviseur van de overheid.
De twee wetsvoorstellen stammen uit het vorige kabinet. Het eerste voorstel is gericht op het bieden van meer werk- en inkomenszekerheid voor freelancers, terwijl het tweede zich richt op het bestrijden van schijnzelfstandigheid en het stimuleren van meer vaste contracten. Volgens de Raad van State zullen beide voorstellen echter niet het gewenste effect hebben.
Het wetsvoorstel “Zekerheid voor Flexwerkers” richt zich voornamelijk op het verduidelijken van de bestaande mogelijkheden en praktijken met betrekking tot flexibel werk. Dit voorstel beperkt het verschil tussen het maximale en minimale aantal uren dat een freelancer kan werken tot 30 procent, maar het is onduidelijk wat de gevolgen hiervan zullen zijn. Daarnaast verbiedt het voorstel nul-urencontracten, wat in de praktijk moeilijk uitvoerbaar kan zijn. Het wetsvoorstel bevat ook meerdere uitzonderingen voor minderjarigen, scholieren en studenten met een parttime baan, om hen meer flexibiliteit te bieden. Echter, volgens de Raad van State gaan deze uitzonderingen ook gepaard met “minder zekerheid en bescherming.” De Raad verwacht dat dit wetsvoorstel een “beperkt effect” zal hebben en dringt er bij de overheid op aan om deze verschillen in behandeling beter te motiveren.
Het wetsvoorstel ter bestrijding van schijnzelfstandigheid, waarbij freelancers hetzelfde werk doen als vaste medewerkers maar werkgevers besparen op de sociale zekerheidsbijdragen, identificeert legitieme problemen. Echter, volgens de Raad van State zal het slechts in beperkte mate bijdragen aan het oplossen van deze problemen. “Er bestaat al een wet die voorkomt dat freelancers werk verrichten dat in feite onder een arbeidsovereenkomst valt,” aldus de Raad. “De ontwikkeling dat steeds meer werknemers als zelfstandigen actief zijn, zelfs wanneer een werknemerpositie meer passend zou zijn, zal door dit voorstel dus niet direct worden tegengegaan.”
De Raad uitte ook zorgen over de gevolgen als een freelance positie wordt aangemerkt als een arbeidsovereenkomst. “Dit kan ingrijpende gevolgen hebben door de verplichting om pensioenbijdragen voor eerdere perioden te betalen,” aldus de Raad van State. De overheid moet duidelijker uitleggen hoe deze risico’s beheersbaar zijn.