Steun voor verplichte dienstplicht neemt toe, maar velen willen dienst ontlopen

Stijgende steun voor herinvoering van militaire dienstplicht in Nederland

In Nederland is er een toenemende steun voor het herintroduceren van de verplichte militaire dienst, waarbij 58 procent van de bevolking voorstander is van het terugbrengen van actieve dienstplicht. Ondanks deze groeiende goedkeuring zou meer dan de helft van de mensen die in aanmerking komen voor dienstplicht proberen militaire plicht te vermijden, volgens een recente enquête van EenVandaag.

De enquête, waaraan ongeveer 2.900 deelnemers tussen de 18 en 44 jaar meededen, laat zien dat hoewel het idee van dienstplicht aan populariteit wint, vooral vanwege zorgen over toenemende geopolitieke bedreigingen, veel mensen, vooral de jongere generaties, nog steeds tegen militaire dienst zijn.

Naar aanleiding van de stijgende spanningen met Rusland en de onzekerheid over de stabiliteit van de NAVO onder president Trump, is de steun voor actieve dienstplicht toegenomen. Een jaar geleden steunde slechts 44 procent van de respondenten de herinvoering van de verplichte dienst. Dit aantal is nu gestegen naar 58 procent van de bevolking, waarbij velen zorgen uiten over de toenemende agressie van Rusland en de mogelijke gevolgen van een verzwakte NAVO. “Het is naïef om te denken dat we geen problemen met Rusland zullen hebben of dat andere landen die voor ons zullen oplossen zonder een sterke verdediging,” merkte een deelnemer op.

Ondanks de toenemende steun blijft een aanzienlijk aantal jongeren terughoudend om terug te keren naar militaire dienst. Van de mensen die in aanmerking komen, is slechts 44 procent voorstander van het herintroduceren van de dienstplicht. Velen in deze groep zien weinig waarde in het dwingen van individuen tot dienst, en pleiten ervoor om meer te investeren in beroepssoldaten en militaire uitrusting in plaats van ongemotiveerd personeel te conscriberen. “Je kunt niet rekenen op ongemotiveerde soldaten,” betoogde een deelnemer. “Het is beter om te investeren in professionele troepen en goede uitrusting dan geld te verspillen aan mensen die niet willen vechten.”

Hoewel slechts een klein percentage jongeren interesse toont in militaire dienst, is een aanzienlijk deel bereid om het land te verdedigen onder de juiste omstandigheden. Onder degenen die fysiek in staat zijn om te dienen, zegt 20 procent dat ze bereid zouden zijn zich bij het leger aan te sluiten in het geval van een directe bedreiging voor Nederland. Zij beschouwen het verdedigen van de vrijheid van het land als een persoonlijke verantwoordelijkheid. “Mensen zijn in het verleden gestorven voor onze vrijheid. Je moet bereid zijn hetzelfde te doen. Anders verdien je die vrijheid niet,” zei een respondent.

Aan de andere kant zegt 35 procent van de jongeren dat ze bereid zouden zijn bij te dragen in niet-strijdende rollen, zoals medici, monteurs of IT-specialisten, als daarom gevraagd wordt. Echter, 40 procent van de deelnemers gaf aan dat ze in geen enkele hoedanigheid bereid zijn te dienen.

Proberen dienstplicht te vermijden

Als de dienstplicht zou worden heringevoerd, zegt meer dan de helft van de in aanmerking komende jongeren (54 procent) dat ze zouden proberen de dienstplicht te vermijden, vaak met redenen zoals religieuze overtuigingen of gewetensbezwaren. “Misschien is het egoïstisch, maar waarom zou ik mezelf moeten opofferen om aan het front te vechten als ik geloof dat oorlog nooit de oplossing is? Oorlog heeft altijd verliezers,” legde een deelnemer uit.

Hoewel het idee van militaire dienst steeds meer steun krijgt, gelooft de meeste mensen dat de kans om in de nabije toekomst opgeroepen te worden minimaal is. Slechts 10 procent van de deelnemers denkt dat er een aanzienlijke kans is dat ze in de komende vijf jaar worden opgeroepen. Bovendien gelooft 77 procent van de respondenten dat het onwaarschijnlijk is dat Nederland in de nabije toekomst fysiek door een ander land zal worden aangevallen, gezien de geografische locatie en de uitdagingen waarmee een indringer te maken zou krijgen.

In tegenstelling tot de situatie in Nederland, zien veel respondenten een grotere kans dat NAVO-landen worden aangevallen, vooral die nabij Rusland, zoals de Baltische staten. Meer dan de helft (53 procent) gelooft dat deze landen een groter risico op een aanval lopen, en als een dergelijke aanval plaatsvindt, zou Nederland waarschijnlijk professionele soldaten sturen om te helpen.