President van de Universiteit van Virginia treedt af onder druk van de Amerikaanse overheid

Nieuws | Donald Trump

De president van de Universiteit van Virginia, James Ryan, heeft zijn functie neergelegd onder druk van het Amerikaanse ministerie van Justitie, dat zijn vertrek eiste te midden van een onderzoek naar de diversiteits-, gelijkheids- en inclusiepraktijken (DEI) van de instelling.

In een e-mail aan de universitaire gemeenschap op vrijdag, die ook op sociale media werd verspreid, verklaarde Ryan dat hij aftrad om de instelling te beschermen tegen de woede van de overheid. “Ik kan geen unilaterale beslissing nemen om de federale overheid te bestrijden om mijn eigen baan te redden,” schreef hij. “Dit zou niet alleen quixotisch zijn, maar ook egoïstisch en zelfzuchtig voor de honderden medewerkers die hun baan zouden verliezen, de onderzoekers die hun financiering zouden verliezen, en de honderden studenten die financiële steun zouden kunnen verliezen of van wie visa zouden kunnen worden ingetrokken.”

Ryan’s ontslag is geaccepteerd door de raad van bestuur, vertelden twee bronnen aan de New York Times, die het verhaal als eerste publiceerde. Het is nog onduidelijk wanneer hij precies zijn functie zal verlaten.

Zijn vertrek is de laatste aanwijzing van de voortdurende spanningen tussen de regering van president Donald Trump en de academische gemeenschap. Tijdens zijn tweede termijn heeft president Trump steeds vaker geprobeerd het hoger onderwijs te herstructureren door diversiteitsinitiatieven aan te vallen, druk uit te oefenen op pro-Palestijnse studentenprotesten en beoordelingen van wervings- en inschrijvingspraktijken te eisen.

Ryan’s vertrek markeert een nieuwe fase in een campagne die zich vrijwel uitsluitend op Ivy League-scholen heeft gericht. Critici beweren ook dat dit een verschuiving in de rationale van de overheid laat zien, weg van beschuldigingen van wijdverspreid antisemitisme op de campus en naar een agressievere controle van diversiteitsinitiatieven.

Een dag eerder had het ministerie van Justitie aangekondigd dat het een ander openbare school, de Universiteit van Californië, zou onderzoeken vanwege het gebruik van diversiteitsnormen.

Ryan, die sinds 2018 aan het hoofd staat van de Universiteit van Virginia, kreeg kritiek omdat hij niet luisterde naar federale bevelen om DEI-beleid te beëindigen. Een anonieme bron vertelde het persbureau Associated Press dat zijn verwijdering werd afgedwongen door het ministerie van Justitie als een manier om een onderzoek naar de school op te lossen.

Ted Mitchell, president van de American Council on Education, noemde Ryan’s ontslag een voorbeeld van het feit dat de Trump-regering “geweld gebruikt in plaats van rationele discussie”. “Dit is een donkere dag voor de Universiteit van Virginia, een donkere dag voor het hoger onderwijs, en het belooft meer van hetzelfde,” zei Mitchell. “Het is duidelijk dat de regering nog niet klaar is en elk middel zal gebruiken dat ze kan maken of uitvinden om haar wil over het hoger onderwijs op te leggen.”

In een gezamenlijke verklaring zeiden Virginia’s senatoren, beiden Democraten, dat het schandalig was dat de Trump-regering Ryan’s ontslag eiste vanwege “‘cultuur oorlog’ strikken”. “Dit is een fout die de toekomst van Virginia schaadt,” zeiden senatoren Mark Warner en Tim Kaine.

Na zijn campagne waarin hij beloofde “woke-gedrag” in het onderwijs te beëindigen, ondertekende Trump in januari een uitvoerend bevel dat een einde maakte aan de federale financiering voor onderwijsinstellingen met DEI-programma’s. Hij beschuldigde scholen ervan “kinderen te indoctrineren in radicale, anti-Amerikaanse ideologieën” zonder toestemming van hun ouders.

Het ministerie van Onderwijs heeft sindsdien onderzoeken geopend naar tientallen universiteiten, met het argument dat diversiteitsinitiatieven discrimineren tegen witte en Aziatisch-Amerikaanse studenten. De reacties van de scholen zijn verdeeld. Sommigen hebben DEI-kantoren gesloten, diversiteitsbeurzen beëindigd en vereisen geen diversiteitsverklaringen meer als onderdeel van het wervingsproces. Toch hebben anderen vastgehouden aan hun diversiteitsbeleid.

De Universiteit van Virginia werd een brandpunt nadat conservatieve critici beschuldigingen uitten dat de instelling haar DEI-initiatieven simpelweg had hernoemd. Het bestuursorgaan van de school stemde in maart om het DEI-kantoor te sluiten en diversiteitsbeleid in toelating, werving, financiële steun en andere gebieden te beëindigen.

De Republikeinse gouverneur Glenn Youngkin vierde de actie en verklaarde dat “DEI voorbij is aan de Universiteit van Virginia”. Maar America First Legal, een conservatieve groep opgericht door Trump-adviseur Stephen Miller, zei dat DEI simpelweg een andere vorm had aangenomen aan de school. In een brief aan het ministerie van Justitie in mei zei de groep dat de universiteit ervoor koos om “dezelfde onwettige infrastructuur opnieuw te benoemen, te verpakken en opnieuw in te zetten onder een lexicon van eufemismen”.

De groep richtte zich rechtstreeks op Ryan en merkte op dat hij zich bij honderden andere universiteitsbestuurders voegde in het ondertekenen van een openbare verklaring waarin de “overschrijding en politieke inmenging” van de Trump-regering werd veroordeeld. Op vrijdag zei de groep dat ze elk beschikbaar middel zal blijven gebruiken om wat ze als discriminerende systemen beschouwt, uit te roeien. “De ontwikkelingen van deze week maken duidelijk: openbare universiteiten die federale fondsen accepteren, hebben geen licentie om de grondwet te schenden,” zei Megan Redshaw, een advocaat van de groep, in een verklaring. “Ze mogen geen ideologische loyaliteitstests opleggen, raciale en seksuele voorkeuren afdwingen of wettige uitvoerende autoriteit negeren.”

Tot nu toe had het Witte Huis de meeste aandacht gericht op Harvard University en andere elite-instellingen die Trump beschouwt als bastions van het liberalisme. Harvard heeft meer dan $2,6 miljard aan federale onderzoeksbeurzen verloren te midden van zijn strijd met de overheid, die ook probeerde de school te blokkeren van het ontvangen van buitenlandse studenten en dreigde met het intrekken van de belastingvrijstelling. Harvard en zijn $53 miljard aan vermogen zijn uniek gepositioneerd om de financiële druk van de overheid te weerstaan. Openbare universiteiten zijn echter veel afhankelijker van belastinggeld en kunnen kwetsbaarder zijn. Het vermogen van de Universiteit van Virginia van $10 miljard behoort tot de grootste van openbare universiteiten, terwijl de overgrote meerderheid veel minder heeft.