Oliegigant Shell wint hoger beroep in belangrijke uitspraak over emissies
Hof van Beroep in Den Haag steunt Shell in beroep
Op 12 november 2024 heeft rechter Carla Joustra van het NCC Hof van Beroep in Den Haag, Nederland, uitspraak gedaan in het beroep van Shell. De rechter verwierp de eerdere uitspraak die het olie- en gasbedrijf verplichtte om de uitstoot van broeikasgassen drastisch te verminderen om klimaatverandering tegen te gaan.
Het hof stelde dat Shell op weg is om de emissiedoelstellingen te behalen die het zelf heeft gesteld, en dat het onduidelijk is of het verminderen van de uitstoot veroorzaakt door de producten van Shell zou bijdragen aan de strijd tegen klimaatverandering.
Deze uitspraak kwam een dag na de opening van de COP29 klimaattop. Dit jaarlijkse evenement van de Verenigde Naties, dat wordt georganiseerd door Azerbeidzjan, begon op maandag te midden van waarschuwingen dat 2024 op koers ligt om temperatuurrecords te breken.
Drie jaar geleden oordeelde de rechtbank in Den Haag dat de Brits-Nederlandse olie- en gasgigant zijn absolute koolstofuitstoot met 45 procent zou moeten verminderen tegen 2030, vergeleken met de niveaus van 2019, inclusief de uitstoot die wordt veroorzaakt door het gebruik van zijn producten.
De rechtbank bevestigde dat Shell verplicht is om de koolstofuitstoot te verminderen, maar kon de omvang van de reducties niet bepalen. Het werd opgemerkt dat de emissies van Shell’s eigen productieproces vorig jaar 31 procent onder de niveaus van 2016 lagen, en dat het bedrijf streeft naar een vermindering van 50 procent tegen 2030.
De rechter benadrukte dat bescherming tegen de opwarming van de aarde een fundamenteel mensenrecht is, wat betekent dat bedrijven zoals Shell de verplichting hebben om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en dat rechtbanken hen kunnen dwingen om klimaatbeleid te versnellen. “Producten van bedrijven zoals Shell hebben het klimaatprobleem veroorzaakt. Deze bedrijven hebben een mensenrechtenplicht tegenover iedereen ter wereld om hun CO2-uitstoot te verminderen,” aldus voorzitter rechter Carla Joustra.
Toch voegde hij toe dat het vaststellen van specifieke reductiedoelstellingen een nadelig effect kan hebben, bijvoorbeeld als dergelijke limieten bedrijven zouden verhinderen om gas te verkopen aan klanten die momenteel kolen gebruiken.
De oorspronkelijke uitspraak uit 2021 markeerde de eerste keer in de geschiedenis dat een bedrijf wettelijk verplicht werd om zijn beleid af te stemmen op de Overeenkomst van Parijs. Dit leidde tot een reeks rechtszaken door klimaatactivisten tegen andere fossiele brandstofbedrijven.
Het internationale kader dat in 2015 in Parijs werd ondertekend, heeft als doel de koolstofuitstoot te verminderen om de gemiddelde wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot tussen de 1,5 en 2 graden Celsius, om de potentieel verwoestende effecten van klimaatverandering te beteugelen.
Shell heeft zijn hoofdkantoor naar het Verenigd Koninkrijk verplaatst naar aanleiding van de uitspraak, aangezien de uitspraak van de rechtbank in Den Haag alleen wettelijk bindend is in Nederland. Het bedrijf heeft betoogd dat de uitspraak zijn bedrijfsvoering zou schaden zonder enige voordelen te bieden in de strijd tegen de nadelige effecten van klimaatverandering.
Meer dan driekwart van de wereldwijde broeikasgasuitstoot zou worden veroorzaakt door de verbranding van fossiele brandstoffen.