Nederlandse gasprijzen behoren tot de hoogste van Europa, belastingen als belangrijke factor
Nederlandse huishoudens geconfronteerd met hoge gasprijzen
Nederlandse huishoudens hebben te maken met enkele van de hoogste gasprijzen in Europa, met een gemiddeld tarief van 17,8 cent per kilowattuur (kWh), volgens gegevens van de Huishoudelijke Energieprijsindex (HEPI) geanalyseerd door Energievergelijk.nl. Alleen Zweden en Zwitserland hebben hogere gas tarieven.
Het rapport benadrukt dat Nederlandse consumenten aanzienlijk meer betalen dan hun buren. De belangrijkste reden voor de hoge gasprijzen in Nederland is de zware belastingdruk. Energievergelijk.nl heeft berekend dat meer dan 60 procent van het variabele gas tarief bestaat uit energiebelastingen en btw. De analyse van HEPI, die ook rekening houdt met netwerkkosten en vaste leveringskosten, plaatst dit cijfer op 51 procent — het hoogste belastingtarief op gas in Europa. Slowakije volgt met 32,8 procent, terwijl Zweden op 31 procent staat.
In België bedraagt de gemiddelde gasprijs 9,3 cent per kWh, terwijl deze in Duitsland 11,9 cent per kWh is. Oost-Europese landen hebben over het algemeen de laagste gasprijzen, dankzij prijsplafonds en overheidsubsidies die helpen de energiekosten voor huishoudens te verlagen.
“De energiebelasting is in wezen een accijns die is ontworpen om gasverbruik te ontmoedigen en de overgang naar elektriciteit te bevorderen,” zegt Koen Kuijper, energie-expert bij Energievergelijk.nl. “Huishoudens die volledig zijn overgestapt van gas en goed geïsoleerde woningen hebben, betalen veel minder belasting op hun energierekeningen. Voor veel huishoudens is de overstap naar een gasvrij huis echter simpelweg niet haalbaar.”
Volgens Energievergelijk.nl bestaat 35,3 procent van de totale energierekening van huishoudens met een gemiddeld energieverbruik uit belastingen. Voor huizen met een lager gasverbruik — vanwege goede isolatie of het gebruik van hybride warmtepompen — daalt dit percentage aanzienlijk. Volledig gasvrije huishoudens ervaren doorgaans de laagste belastingdruk.
Kuijper wijst op verschillende barrières die huishoudens ervan weerhouden duurzame energieoplossingen aan te nemen, waaronder hoge initiële kosten voor warmtepompen, onvoldoende isolatie, en de beperkingen waarmee huurders worden geconfronteerd als ze afhankelijk zijn van verhuurders voor beslissingen. “De hoge gasbelasting voelt voor veel mensen oneerlijk aan omdat ze beperkte opties hebben,” zegt Kuijper. “Uiteindelijk blijft het een politieke keuze om de belasting op gas zo hoog te houden.”
Ondanks een lichte verlaging van de energiebelastingen in 2025 — 0,6 cent per kubieke meter gas en 0,9 cent per kWh elektriciteit — staan huishoudens nog steeds voor hogere energierekeningen. Dit is te wijten aan een stijging van de netbeheer tarieven, die de belastingverlaging compenseren.
Bij gemiddelde verbruik niveaus — 2.479 kWh elektriciteit en 1.169 kubieke meter gas — wordt verwacht dat huishoudens in 2025 tussen de 1 en 5 euro per maand extra betalen in vergelijking met 2024, aldus Kuijper.
In tegenstelling tot gas staan de elektriciteitsprijzen in Nederland gemiddeld in het midden vergeleken met de rest van Europa. Met 25,2 cent per kWh liggen de Nederlandse elektriciteits tarieven net iets boven het Europese gemiddelde van 23,5 cent. Burenlanden zijn echter aanzienlijk duurder. Duitse huishoudens betalen meer dan 40 cent per kWh, terwijl Belgen 37 cent per kWh betalen.
De elektriciteitsprijzen in Europa variëren sterk door verschillen in energieproductiemethoden en overheidsbeleid. Landen zoals Noorwegen en Zweden profiteren van overvloedige en betaalbare waterkracht, terwijl veel Oost-Europese landen de consumentenprijzen kunstmatig verlagen door subsidies of prijsplafonds.
De analyse van Energievergelijk.nl is gebaseerd op gegevens uit het HEPI-rapport van december 2024, dat is samengesteld door onderzoekers van e-Control, MEKH en VaasaETT. Het rapport onderzocht de energieprijzen in 33 Europese hoofdsteden en gebruikte een gestandaardiseerde prijs per kWh om rekening te houden met verschillen in gasverbrandingswaarden tussen landen.