Nederlands zorgsysteem verwacht tekort van 266.000 medewerkers tegen 2035
Het tekort aan zorgverleners in Nederland zal de komende jaren in een alarmerend tempo toenemen, met prognoses die een tekort van 266.000 werknemers tegen 2035 aangeven. De grootste tekorten worden verwacht in de verpleging en verpleeghuizen, met de meest significante hiaten in de personeelsbezetting onder zorgassistenten, verzorgenden met een beroepsopleiding, verpleegkundigen met MBO (middelbaar beroepsonderwijs) en HBO (hoger beroepsonderwijs) diploma’s, en maatschappelijke dienstverleners met HBO-kwalificaties.
De herziene cijfers zijn tienduizenden hoger dan de prognoses van vorig jaar. De discrepantie is te wijten aan een langzamere dan verwachte daling in ziekteverzuim en lagere dan verwachte stijgingen in de productiviteit van werknemers. De vraag naar zorgdiensten groeit sneller dan het personeel kan uitbreiden. Vorig jaar was er al een tekort van 44.000 zorgverleners. Minister Agema heeft het aanpakken van de personeelcrisis tot haar hoogste prioriteit gemaakt.
Agema is van plan de administratieve lasten voor zorgverleners te verlichten door kunstmatige intelligentie en medische-technische innovaties in te voeren. Ze wil ook het werk zelf en de zorgopleidingen aantrekkelijker maken. De minister is van plan om hierover afspraken te maken met de zorgsector als onderdeel van een breed zorgakkoord.
“Ik zal alles doen wat in mijn vermogen ligt om het tekort aan zorgverleners aan te pakken,” zei Agema. “Dit is het belangrijkste probleem waarmee we de komende jaren worden geconfronteerd. We moeten nu actie ondernemen om in de toekomst nog grotere tekorten te voorkomen.”
Echter, Agema wordt geconfronteerd met een aanzienlijke tegenslag in haar pogingen om een oplossing voor de crisis te onderhandelen, vanwege onverwachte extra bezuinigingen op de zorgbegroting. De coalitiepartijen en enkele oppositieleden kwamen vorige week overeen om nog eens 315 miljoen euro van de zorgbegroting te snijden. Deze beslissing werd genomen om de bezuinigingen op de onderwijsector gedeeltelijk terug te draaien, maar heeft aanzienlijke tegenstand van zorggroepen opgewekt.
Op maandag trokken grote zorgbelangengroepen, waaronder vertegenwoordigers van academische ziekenhuizen, zelfstandige klinieken, medische specialisten en verpleegkundigenverenigingen, zich terug uit de onderhandelingen over het zorgakkoord. Ze veroordeelden de bezuinigingen als onaanvaardbaar en betoogden dat deze de druk op het zorgsysteem verder zouden verergeren. “De bezuinigingen zijn een zware klap voor de zorgsector,” zei een woordvoerder van de Nederlandse Vereniging van Verpleegkundigen. “We kunnen het ons niet veroorloven om meer middelen te verliezen terwijl we al met kritische personeelstekorten te maken hebben.”
De verlaging van 315 miljoen euro maakte deel uit van een breder akkoord tussen de regerende coalitie en de oppositiepartijen. In ruil voor de steun aan de onderwijsbegroting, beloofden oppositiepartijen alle overheidsuitgavenvoorstellen in de Senaat te steunen. Zorggroepen dringen er bij de Senaat op aan om deze beslissing te heroverwegen en verdere gesprekken met Agema te voeren voordat er over de nationale begroting wordt gestemd.
