Man veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf voor het gooien van vuurwerk naar politie in Den Haag
19-jarige man veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf
Een 19-jarige man, Bourak M., is op vrijdag door een rechtbank in Den Haag veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf voor het gooien van vuurwerk naar politieagenten tijdens de Nieuwjaarsvieringen in de stad. De rechtbank veroordeelde de daad als zeer gevaarlijk, vooral omdat het gericht was op agenten die hun plicht vervulden.
Het voorval vond plaats rond 23:15 uur op de Marktweg, waar M. vuurwerk gooide naar twee politieagenten die op fietsen reden. De agenten, die slechts enkele meters van de explosie verwijderd waren, raakten niet gewond, maar waren geschokt door de bijna-ongeluk. In hun schriftelijke verklaring aan de rechtbank uitten de agenten hun bezorgdheid dat de situatie had kunnen eindigen in ernstige verwondingen of zelfs de dood. “Geweld tegen politieagenten lijkt genormaliseerd te zijn, maar dat is natuurlijk niet normaal,” merkte een van de agenten op.
M. gaf toe dat hij onder invloed was en erkende vuurwerk op straat te hebben gegooid, maar ontkende de agenten als doelwit te hebben gehad. Hij beweerde ook dat hij zich pas later realiseerde dat het vuurwerk illegaal was. De rechter was het hier echter niet mee eens en stelde dat M. zich bewust was van het potentieel van het vuurwerk om schade aan te richten. “Je had ze al op straat gegooid, dus je wist wat ze konden doen,” zei de rechter. De rechter benadrukte verder dat vuurwerk dat van dichtbij wordt gegooid, potentieel dodelijke verwondingen kan veroorzaken.
Het betrokken vuurwerk was nitraten, die M. had gekocht bij een supermarkt in de buurt. Ondanks aanvankelijk te hebben beweerd dat hij onwetend was, oordeelde de rechter dat M. volledig op de hoogte was van de aard van het vuurwerk en het potentiële gevaar ervan.
De straf is in lijn met de eis van de aanklager, die een gevangenisstraf van zes maanden had gevraagd. De aanklager erkende dat, onder normale omstandigheden, een straf van twaalf weken passend zou zijn geweest voor dergelijke acties, die gelijkstonden aan een poging tot ernstige lichamelijke schade. Echter, de aanklager merkte op dat de ernst van het voorval een zwaardere straf rechtvaardigde.
M., die geen strafblad heeft, verscheen in de rechtbank voor een versnelde rechtsgang, die het mogelijk maakt om verdachten binnen enkele dagen na de overtreding te berechten. Zijn advocaat vroeg om vrijspraak, maar gaf niet aan of er direct na de zitting beroep zou worden aangetekend.