Maleisië hervat zoektocht naar vermiste MH370

Overheid van Maleisië stemt in met hervatting zoektocht naar MH370

De Maleisische overheid heeft in principe ingestemd met de hervatting van de zoektocht naar de wrakstukken van de vermiste Malaysia Airlines vlucht MH370, meer dan 10 jaar na de mysterieuze verdwijning van het vliegtuig. Dit werd aangekondigd door de transportminister van het land, Anthony Loke.

Op vrijdag verklaarde Loke dat het voorstel om een nieuw gebied in de zuidelijke Indische Oceaan te doorzoeken afkomstig is van het in de Verenigde Staten gevestigde exploratiebedrijf Ocean Infinity, dat ook de meest recente zoektocht naar het vliegtuig heeft uitgevoerd, welke eindigde in 2018.

“Het voorstel voor een zoekoperatie door Ocean Infinity is solide en verdient serieuze overweging,” vertelde Loke aan verslaggevers. “Onze verantwoordelijkheid, verplichting en toewijding is richting de nabestaanden. We hopen dat deze keer positief zal zijn, dat de wrakstukken gevonden worden en dat dit de families enige afsluiting zal bieden.”

Vlucht MH370, een Boeing 777 met 227 passagiers en 12 crewleden, verdween op 8 maart 2014 tijdens de vlucht van Kuala Lumpur naar Beijing.

Loke gaf aan dat Ocean Infinity $70 miljoen zou ontvangen als de gevonden wrakstukken substantieel zijn.

Aanvankelijk sloten Maleisische onderzoekers de mogelijkheid niet uit dat het vliegtuig opzettelijk van koers was gebracht. Onderzoekers ontdekten eerder dat minder dan een uur na de nachtvlucht de communicatiesystemen waren uitgeschakeld. Militaire radar toonde vervolgens aan dat het vliegtuig terugkeerde over Maleisië, langs het eiland Penang vloog en richting de noordpunt van Sumatra ging.

Ongeveer 26 landen sloten zich aan bij de zoek- en reddingsmissie die volgde op de verdwijning, maar vonden niets. Enkele weken later maakte de Maleisische overheid bekend dat MH370 was doorgevlogen tot het brandstof opraakte, en zijn reis duizenden kilometers van Beijing beëindigde in de diepten van de zuidelijke Indische Oceaan.

Verschillende brokstukken, waarvan sommige bevestigd zijn als afkomstig van het vliegtuig, zijn aangespoeld langs de kust van Afrika en op eilanden in de Indische Oceaan. Nabestaanden hebben daarbij compensatie geëist van Malaysia Airlines, Boeing, de vliegtuigmotorenfabrikant Rolls-Royce en de Allianz verzekeringsgroep, onder anderen.

In 2018 schakelde Maleisië Ocean Infinity in om te zoeken in de zuidelijke Indische Oceaan, met de belofte tot betaling van maximaal $70 miljoen als het vliegtuig werd gevonden, maar deze pogingen mislukten twee keer. Dit volgde op een onderwaterzoektocht door Maleisië, Australië en China, dat 150 nationale burgers op de vlucht had, in een gebied van 120.000 vierkante kilometer in de zuidelijke Indische Oceaan, gebaseerd op gegevens van automatische verbindingen tussen een Inmarsat-satelliet en het vliegtuig.