Krappe budgetten voor seksuele gezondheidscentra leiden tot 8% daling in SOA-diagnoses
Aantal consultaties voor seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA’s) daalt in Nederland
Het aantal consultaties voor seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA’s) bij de Seksuele Gezondheid Centra (CSG’s) in Nederland is in de eerste helft van 2024 met 8 procent gedaald in vergelijking met dezelfde periode in 2023. Dit blijkt uit gegevens van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). De daling was het meest merkbaar onder vrouwen en heteroseksuele mannen, terwijl er een kleinere afname werd gezien bij mannen die seks hebben met mannen (MSM).
Deze afname in consultaties lijkt verband te houden met de financiële beperkingen waarmee CSG’s te maken hebben, die gedwongen zijn om afspraken te beperken vanwege stijgende kosten en onveranderde financieringsallocaties. Deze kwestie heeft vooral invloed gehad op mensen zonder hogere risicofactoren voor SOA’s, zoals vrouwen en heteroseksuele mannen. Ondertussen blijven groepen met een hoge prioriteit, waaronder MSM en mensen die deelnemen aan pre-expositie profylaxe (PrEP) zorgprogramma’s, de meerderheid van de consultaties uitmaken.
Ondanks de algehele daling in consultaties bleef het aantal gonorroe-diagnoses hoog. Bij heteroseksuele mannen was de detectiegraad in de eerste helft van 2024 3,5 procent, en bij vrouwen was dit 4,1 procent. Beide cijfers zijn verdubbeld in vergelijking met de gemiddelde tarieven die tussen 2015 en 2021 werden waargenomen.
In totaal werden in deze periode 6.822 gonorroe-diagnoses geregistreerd, waarvan 73 procent bij MSM en 18 procent bij vrouwen. De detectiegraad voor MSM onder ASG was 14,5 procent, terwijl deze bij MSM in het PrEP-programma 11,3 procent bedroeg.
Trends in chlamydia en syfilis
CSG’s meldden 10.473 chlamydia-diagnoses, waarbij de meerderheid (59 procent) werd aangetroffen bij vrouwen en heteroseksuele mannen onder de 25. De detectiegraad onder vrouwen was 16,1 procent, iets lager dan de 16,8 procent in 2023. Bij heteroseksuele mannen daalde het percentage van 21 procent in 2023 naar 18,9 procent in 2024.
Het aantal syfilisgevallen bedroeg 835, waarbij 93 procent van de diagnosen werd gesteld bij MSM. De detectiegraad voor MSM in ASG was 2,3 procent, vergeleken met 1,6 procent voor diegenen in het PrEP-programma. Genderdiverse individuen vertegenwoordigden 2,5 procent van de diagnoses.