Kambodja keurt grondwetswijziging goed die de regering toestaat om staatsburgerschap in te trekken

Wetgevers in Cambodja hebben de grondwet van het land gewijzigd om wetgeving mogelijk te maken die het ontnemen van de nationaliteit kan inhouden voor degenen die worden beschouwd als samenzweerders met buitenlandse machten. De grondwetswijziging, die unaniem werd gesteund door 125 politici in de Nationale Assemblee op vrijdag, heeft kritiek gekregen van mensenrechtenorganisaties die hun bezorgdheid hebben geuit dat deze maatregel kan worden gebruikt om politieke tegenstanders te targeten.

De regering heeft aangekondigd dat zij de wijziging binnenkort zal toepassen. Minister van Justitie Koeut Rith bevestigde dat er snel een nieuwe wet voor intrekking van het burgerschap aan het parlement zal worden voorgelegd. “Als je het land verraad, zal het land jou niet behouden,” zei hij, terwijl hij de bezorgdheid van critici over deze stap van de hand wees.

De minister van Justitie beweerde dat degenen die de nationale belangen niet hebben geschaad, hun nationaliteit niet zullen verliezen, en voegde eraan toe dat zij mogelijk nog steeds “met andere aanklachten te maken kunnen krijgen.” Voor de stemming op vrijdag specificiseerde de grondwet dat Khmer-burgers hun nationaliteit alleen konden verliezen “door wederzijdse overeenstemming.”

Echter, na de herziening stelt Artikel 33 van de grondwet nu dat “het ontvangen, verliezen en intrekken van de Khmer-nationaliteit door de wet zal worden bepaald.” Amnesty International heeft de wijziging op vrijdag veroordeeld en roept de internationale gemeenschap op om Cambodja voor deze beslissing te bekritiseren.

“Naarmate het voorstel dichter bij realiteit komt, loopt iedereen die zich uitspreekt tegen of zich verzet tegen de regerende partij het risico zijn nationaliteit te verliezen,” zei Montse Ferrer, de regionale onderzoeksdirecteur van de NGO. “Wij maken ons grote zorgen dat de Cambodjaanse regering, nu de macht heeft om mensen hun nationaliteit te ontnemen, deze zal misbruiken om haar critici aan te pakken en hen staatloos te maken.”

Vorige maand vroeg de invloedrijke voormalige Cambodjaanse premier Hun Sen om een wijziging van de grondwet, zodat Cambodjanen hun nationaliteit konden verliezen. Dit volgde op veroordelingen van gevluchte oppositiefiguren over de voortdurende grensconflicten met Thailand. De voormalige oppositieleider Sam Rainsy, die in ballingschap leeft om te voorkomen dat hij naar de gevangenis wordt gestuurd, was een van degenen die door Hun Sen werden beschuldigd van het spreken tegen de belangen van de natie.