Elektriciteit en gasprijzen in Europa: Welke landen zijn het duurst?

Elektriciteit en gasprijzen in Europa: Welke landen zijn het duurst?

Elektriciteits- en gasprijzen in Europa: Welke landen zijn het duurst?

De prijzen voor elektriciteit en aardgas voor huishoudens zijn in 2025 in Europa sterk uiteen gaan lopen, waarbij sommige landen rekeningen hebben die meerdere keren hoger zijn dan in andere landen, volgens nieuwe gegevens van Eurostat.

Terwijl de winter zijn grip verstrakt, stijgt de vraag naar verwarming in het hele continent. Maar de kosten om huizen warm te houden, zijn allesbehalve uniform. De invasie van Rusland in OekraĆÆne blijft een lange schaduw werpen over de Europese energiemarkten, terwijl verschillen in nationale beleidsvoering, energiebronnen en tariefsstructuren de kloof tussen de goedkoopste en duurste landen vergroot.

Elektriciteit het goedkoopst in Turkije, het duurst in Duitsland

In de eerste helft van 2025 varieerden de elektriciteitsprijzen voor huishoudens van €6,2 per 100 kWh in Turkije tot €38,4 in Duitsland, aldus Eurostat. Het gemiddelde voor de 38 Europese landen, inclusief EU-lidstaten, kandidaat-landen en EFTA-staten, stond op €28,7.

West-Europa registreerde de hoogste nominale prijzen, met BelgiĆ« (€35,7) en Denemarken (€34,9) vlak achter Duitsland. In ItaliĆ«, Ierland en TsjechiĆ« lagen de prijzen ook boven de €30. Daarentegen rapporteerden de meeste Oost-Europese en EU-kandidaatlanden veel lagere tarieven.

Elekticiteit kostte minder dan €10 per 100 kWh in Turkije, GeorgiĆ«, Kosovo, BosniĆ« en Herzegovina en Montenegro. Onder de EU-lidstaten had Hongarije (€10,4) de laagste elektriciteitsprijs, terwijl Spanje (€26,1) en Frankrijk (€26,6) onder het EU-gemiddelde bleven.

Experts van het adviesbureau VaasaETT gaven aan dat de verschillen te maken hebben met factoren zoals nationale energiebronnen, leveranciersstrategieƫn, kruis-subsidies en tariefstructuren.

Inkoopkracht verkleint prijsverschillen

LEZEN  Klarna herstart beursgang: Fintechbedrijf brengt IPO-plannen weer tot leven

Wanneer de prijzen worden aangepast aan de normen voor inkoopkracht (PPS)—een maatstaf die rekening houdt met lokale inkomens en kosten van levensonderhoud—wordt de kloof tussen de landen kleiner.

Een euro heeft niet dezelfde waarde in heel Europa: €1.000 kan een maand huur dekken in Duitsland, maar twee of drie maanden in Bulgarije. Terwijl de inkomens in euro’s lager kunnen lijken, verkleint de aanpassing aan wat geld daadwerkelijk kan kopen de kloof.

Wat betreft elektriciteits- en gasprijzen varieert het van 12,8 PPS in IJsland tot 39,2 PPS in Tsjechiƫ, gevolgd door Polen (35 PPS). Italiƫ en Duitsland behoorden ook tot de top vijf met elk meer dan 34 PPS. Aan de onderkant stonden Malta (13,7 PPS), Turkije (14 PPS) en Hongarije (15 PPS). Scandinavische landen, vooral Noorwegen (16 PPS) en Finland (18,7 PPS), genieten van goedkopere aangepaste elektriciteit, met Zweden ook onder het EU-gemiddelde van 28,6 PPS.

De elektriciteitsprijzen bleven relatief stabiel in veel landen, met veranderingen van minder dan 10% tussen de eerste helft van 2024 en 2025. Sommige landen zagen echter aanzienlijke verschuivingen in nationale valuta. Moldaviƫ en Turkije sprongen eruit met stijgingen van meer dan 50%.

Binnen de EU registreerden Luxemburg en Ierland opmerkelijke stijgingen van meer dan 25%. Aan de andere kant zagen Sloveniƫ, Finland en Cyprus de grootste dalingen, elk meer dan 9% in absolute termen.

Gasprijzen: Zweden het duurst, Georgiƫ het goedkoopst

De prijzen voor huishoudelijk aardgas varieerden sterk in Europa in de eerste helft van 2025. Zweden registreerde de hoogste prijs van €21,30 per 100 kWh, gevolgd door Nederland (€16,2) en Denemarken (€13,1). Het EU-gemiddelde was €11,4.

LEZEN  Wekelijkse Terugblik: Europese Markten Herleven Door Optimisme Over Technologie

Daarentegen hadden Hongarije (€3,07), KroatiĆ« (€4,61) en RoemeniĆ« (€5,59) de laagste prijzen binnen de EU. Inclusief andere landen met beschikbare gegevens had GeorgiĆ« het goedkoopste aardgas met slechts €1,7, gevolgd door Turkije (€2,1).

Onder de grootste economieĆ«n van de EU was Frankrijk (€13) het duurst, gevolgd door ItaliĆ« (€12,4) en Duitsland (€12,2). Spanje (€8,6) bleef de goedkoopste van de vier.

Diverse inkoop- en prijsstrategieƫn, de opslaaniveaus, temperatuur- en weersomstandigheden, de onderlinge verbinding met andere markten, kruis-subsidies en de tariefmix spelen volgens experts van VaasaETT een belangrijke rol in de prijsverschillen voor gas.

PPS-aangepaste gasprijzen vertellen een ander verhaal

Wanneer de gasprijzen worden aangepast aan de inkoopkracht, stond Zweden nog steeds bovenaan de lijst met 17,6 PPS, terwijl Hongarije de laagste rate had met 4,4 PPS binnen de EU. Noord-MacedoniĆ« viel op als uitzondering, met 24,1 PPS, ondanks een relatief bescheiden nominale prijs van €12,2.

Jaar-op-jaar stegen de huishoudelijke gasprijzen in de eerste helft van 2025 het meest, in nationale valuta, in Turkije (28,2%), Noord-Macedoniƫ (26%), Estland (23,9%), Bulgarije (23,6%) en Zweden (20,9%).

De prijzen daalden opmerkelijk in verschillende landen, met Sloveniƫ (12,7%), Oostenrijk (11,5%) en Tsjechiƫ (10,9%) die dalingen van meer dan 10% in absolute termen registreerden.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *