Dagopvangmedewerker veroordeeld tot 30 uur maatschappelijke dienst voor kindermisbruik
Een voormalige 38-jarige kinderopvangmedewerker in Nieuw-West is veroordeeld tot 30 uur maatschappelijke dienstverlening na schuldig bevonden te zijn aan kindermishandeling. Hoewel het kind geen fysieke verwondingen heeft opgelopen, heeft de rechtbank in Amsterdam vastgesteld dat het kind waarschijnlijk pijn heeft ervaren tijdens de incidenten.
De aanklachten zijn afkomstig van twee afzonderlijke incidenten in mei en juni 2023, gerapporteerd door de directie van de kinderopvang. Beveiligingsbeelden tonen de medewerker die het kind op verschillende momenten ruw behandelt. De politie heeft later de beelden bekeken, inclusief opnames van 12 extra dagen.
De rechtbank oordeelde dat de medewerker het jonge kind heeft mishandeld door het kind krachtig vast te pakken, te duwen en ruw te behandelen. Specifieke voorbeelden omvatten het vastpakken van het kind bij het gezicht, het naar voren trekken en het op een stoel gooien. Bij drie andere gelegenheden was de medewerker te zien terwijl ze het kind oppakte en het met aanzienlijke kracht terug op de bank plaatste.
In haar oordeel verklaarde de rechtbank: “Op basis van algemene ervaring concludeert de rechtbank dat het kind pijn heeft ervaren door deze acties.” De medewerker gaf toe geschokt te zijn door de beelden, maar ontkende dat haar acties als mishandeling konden worden beschouwd. Ze schreef haar gedrag toe aan frustratie die voortkwam uit een langdurig conflict op de werkplek met haar werkgever, waar ze 12 jaar in dienst was.
De rechtbank verwierp deze redenering en benadrukte: “Te allen tijde was de verdachte verantwoordelijk voor het bieden van een veilige, beveiligde en zorgzame omgeving voor het kind. Het is onacceptabel dat deze verplichting niet is nagekomen, wat heeft geleid tot een onveilige situatie voor het kind op meerdere momenten.”
De rechtbank legde een straf op van 60 uur maatschappelijke dienstverlening, waarvan 30 uur voorwaardelijk. Dit voorwaardelijke gedeelte van de straf wordt ten uitvoer gelegd als de medewerker binnen twee jaar een soortgelijke overtreding begaat.
De aanklagers vroegen ook om verplichte therapie voor emotionele regulatie, maar de rechtbank achtte dit niet nodig, gezien het lage risico op recidive. De medewerker heeft haar fouten erkend en heeft hulp gezocht bij haar huisarts.