COP29-gastland Azerbeidzjan noemt olie en gas ‘gift van God’
Opening van COP29 in Baku
De secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Antonio Guterres, en de president van Azerbeidzjan, Ilham Aliyev, waren aanwezig bij de openingsceremonie van de VN-klimaatconferentie COP29 in Baku, Azerbeidzjan, op 12 november 2024. Tijdens de ceremonie verwelkomde president Aliyev de delegaties en sprak hij over het belang van natuurlijke hulpbronnen, waaronder fossiele brandstoffen.
Aliyev beschreef olie en gas als een “gift van God” en verdedigde de export van deze hulpbronnen te midden van kritiek op het gebruik ervan. Hij beweerde dat Azerbeidzjan het doelwit is van een “campagne van laster en chantage” vanwege de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen.
De president beschuldigde vooral de “nepmedia” uit het Westen, met name uit de VS, en milieuorganisaties van het voeren van deze campagne. Hij benadrukte dat landen niet beoordeeld moeten worden op basis van hun natuurlijke hulpbronnen en hoe ze deze gebruiken.
“Citeer me dat ik zei dat dit een gift van God is, en ik wil het vandaag hier herhalen,” zei Aliyev. Hij merkte ook op dat de duizenden geregistreerde deelnemers aan de top, waaronder veel staatshoofden, “slechte nieuws” zijn voor de critici.
Volgens cijfers van het Internationaal Energieagentschap vertegenwoordigen olie en gas ongeveer 90% van de export van Azerbeidzjan. Aliyev voegde eraan toe dat kritici in het Westen hypocriet zijn, aangezien zij doorgaan met het kopen van Azerbeidzjaanse gas, terwijl ze het land beschuldigen van het zijn van een “petrostaat”.
In zijn opmerkingen tijdens de COP29 benadrukte Guterres dat het “absurd” zou zijn om nu nog zwaarder te leunen op fossiele brandstoffen, ondanks de negatieve effecten van de opwarming van de aarde. Hij riep op tot actie van alle landen, maar met een speciale verantwoordelijkheid voor de G20-landen.
“De klok tikt,” zei Guterres, verwijzend naar de voorspellingen dat 2024 waarschijnlijk het warmste jaar ooit zal worden.
