China meldt schorsing van hoge militaire functionaris, onder onderzoek geplaatst

China heeft een hoge militaire functionaris geschorst die wordt verdacht van “ernstige schendingen van de discipline”. Dit is de nieuwste stap in een brede campagne tegen corruptie binnen de strijdkrachten.

Het Ministerie van Defensie heeft donderdag bevestigd dat Miao Hua, directeur van de politieke afdeling van de krachtige Centrale Militaire Commissie die toezicht houdt op het Volksbevrijdingsleger, wordt onderzocht wegens disciplinaire overtredingen. Dit wordt vaak gezien als een eufemisme voor corruptie.

Volgens woordvoerder Wu Qian heeft de regerende Communistische Partij “besloten om Miao Hua van zijn taken te schorsen in afwachting van het onderzoek”. Wu gaf geen verdere details over de beschuldigingen tegen Miao, een van de vijf hoge functionarissen binnen de commissie die het leger controleert en onder leiding staat van president Xi Jinping.

De campagne van Xi tegen corruptie heeft zich het afgelopen jaar gericht op de strijdkrachten, waarbij bijna 20 militaire en defensiefunctionarissen sinds 2023 zijn verwijderd, evenals verschillende defensieministers.

Wu bekritiseerde ook mediaberichten waarin werd gesuggereerd dat defensieminister Dong Jun onder onderzoek was gesteld wegens corruptie. Een rapport van de Britse krant The Financial Times meldde woensdag dat Dong, die recentelijk betrokken was bij een verbetering van de militaire banden tussen China en de Verenigde Staten, verstrikt is geraakt in de brede anticorruptiecampagne van het land. Dit werd bevestigd door huidige en voormalige Amerikaanse functionarissen die op de hoogte zijn van de situatie.

“De roddelaars hebben kwade bedoelingen. China uit zijn sterke ontevredenheid over dergelijk lasterlijk gedrag,” zei Wu tegen verslaggevers in een directe verwijzing naar het rapport van de FT.

De voormalige defensieminister van China, Li Shangfu, was aanwezig op de 20e IISS Shangri-La Dialoog in Singapore voordat hij uit het openbaar leven verdween. Li werd na zeven maanden in functie verwijderd en vervolgens uit de Communistische Partij gezet wegens misdrijven, waaronder omkoping, volgens staatsmedia. Sindsdien is hij niet meer in het openbaar gezien.

Li’s voorganger, Wei Fenghe, werd ook uit de partij gezet na zijn ambtstermijn van 2018 tot 2023 en werd doorverwezen naar het Openbaar Ministerie wegens vermeende corruptie.

Een verklaring van de Communistische Partij op dat moment zei dat het duo “het vertrouwen van de partij en de Centrale Militaire Commissie heeft verraad” en “ernstige schade heeft toegebracht aan de politieke omgeving van het leger en aan het imago van de senior leiders.”

Ze zouden enorme sommen geld hebben ontvangen in de vorm van omkoping en “persoonlijke voordelen” voor anderen hebben nagestreefd, aldus de verklaring.