Politie arresteert twee verdachten voor brandstichting bij woning van Rotterdamse wethouder

Politie arresteert twee verdachten in brandstichting zaak van Rotterdamse wethouder

De politie heeft twee verdachten aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij de brandstichting van het huis van de Rotterdamse wethouder Faouzi Achbar. Een van hen zal woensdag worden voorgeleid aan de rechter-commissaris, bevestigde de politie na berichtgeving door een lokale krant. De andere verdachte, die ook in hechtenis is, moet nog worden verhoord, aldus een woordvoerder van de politie.

Op 6 juli vorig jaar werd er brand gesticht in de woning van de wethouder. Het huis in Rotterdam-Lombardijen raakte zo zwaar beschadigd dat Achbar en zijn gezin maanden later nog steeds in vervangende huisvesting verblijven. De wethouder wilde niet reageren op het nieuws van de aanhoudingen.

De politie heeft beelden gedeeld van een man die wordt verdacht van het in brand steken van de woning een jaar geleden. Een 43-jarige man werd in augustus aangehouden, maar is inmiddels weer vrijgelaten en is geen verdachte meer, aldus het Openbaar Ministerie.

Op de beelden is te zien hoe de verdachte op de fiets naar de woning komt en over het hek klimt. Hij betrad de woning via de achterdeur en stak vervolgens binnen de brand aan. Het interieur van het huis is volledig zwartgeblakerd en moet worden vernieuwd, maar de structuur is niet aangetast. Achbar en zijn gezin waren tijdens de brand niet thuis.

De motieven voor de brandstichting zijn nog onduidelijk. Het onderzoek is nog in volle gang. Achbar vertelde vorige maand aan de regionale omroep Rijnmond dat er veel door zijn hoofd speelde na het horen van het nieuws over de brandstichting, waaronder de vraag of het incident politiek gemotiveerd was. “Ik heb een gezin dat ik moet beschermen. Ik kies voor de politiek, maar zij doen dat niet. Aangezien we niet weten waar dit vandaan komt, wil ik wachten op het onderzoek om meer duidelijkheid te krijgen over de reden waarom iemand dit heeft gedaan of in staat is tot zoiets. Maar ik laat me er niet door uit het veld slaan.”